vrijdag 17 juni 2011

Doen door ontdoen

Wie ben ik? Ik ben. Zoveel is zeker.
Maar dan? Kennelijk is die zeldzame zekerheid niet genoeg als ik kijk naar de hoeveelheid energie en het trouwe fanatisme dat ik stop in het bouwen van mijn identiteit. Het hebben van een identiteit...identiteit als bezit? Gek idee. Tja, het verdient enige overpeinzing. Maar omdat ik het idee heb mijn identiteit te kunnen ontlenen aan originaliteit, is het onderwerp van overpeinzen, gezien zijn populariteit, niet echt een vormende bezigheid. Ergens is dit hele identiteitsbouwwerk als Gaudí's Sagrada Família; nooit af. a Never ending work in progress. Hoeveel ambities, prestaties, aanzien en status ik ook najaag. Ik zou dus kunnen stellen dat ik identiteit onder meer ontleen aan de resultaten van mijn inspanningen.

Het antwoord op de vraag 'Wie ben ik?' ligt volgens deze werkwijze ergens in de toekomst. Als het bouwwerk af is. Wanneer het is volbracht. Maar wat ik ook doe, echt veel dichter bij dat moment kom ik niet. Er wordt gezegd: 'Doe niets, alles is goed'. Doe ik echter niets, dan begint het te knagen. Want wie ben ik als ik niets doe, nergens op reageer, nergens wat van vind? Wat blijft er dan nog van 'mij' over? Dus maar van alles bedenken om te kunnen doen. Belangrijke dingen, uiteraard. Maar daar kom ik vervolgens niet echt aan toe. 'Alles faalt tot ik het nalaat' dichtte Hans Verhagen, en zo is de cirkel weer rond.

Het zit 'em in de hechting die bestaat op het moment dat het doen wordt gedreven door de uitkomst van het handelen. Het doen is niet iets op zich zelfstaands geworden, maar afhankelijk van hoe het beoordeeld en ontvangen wordt. Daar zit geen vrijheid in. Het is dan ook niet het doen, maar het resultaat van het doen dat zorgt voor het misplaatste identiteitsbesef. Al die wanhopige idealen, meningen en ambities in de hoop iemand te kunnen zijn. En van de weeromstuit in lethargie verzinken uit angst voor de mislukking van niet zijn. Het is een zichzelf voedende bezigheid die blijft bouwen aan de illusie van identiteit. De kerk die nooit af is.

Wat dan nu te doen? Meedogenloos afbreken. Mijn heilige huisjes tot de grond toe af branden. Wat er nu staat tot de laatste steen toe afbreken. Alle verwachtingen, doelstellingen, meningen, opvattingen en overtuigingen. Dit jarenlange bouwwerk neerhalen. Mij ervan ontdoen. Doen door ontdoen. Doen door ontdoen. Misschien dat er dan een antwoord komt. Maar ik vermoed van niet. Er zal geen antwoord zijn omdat de vraag er niet meer is.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten